Verslag van vakantie Frankrijk 2005
van Driel naar Saint Jean de Losne
We zijn maandag rond half 1 vertrokken uit Heteren en zijn uitgezwaaid door
opa, oma, Wilma, Kees, Petra, Peter en Laika.
De eerste dag naar Gennep gevaren, waar we werden opgewacht door de Waterman,
de prachtige sleepboot van Gerard Derksen met een geweldige industrie motor.
De volgende dag erg vroeg uit de veren, om 06.00u. We gaan vandaag een lang
stuk varen, we zullen zien waar we kunnen komen.
Rond 15.00 waren we in Maasbracht, en daar kwam Bea, die een dag later kwam
omdat ze moest werken aan boord, gebracht door Kees, Petra en Peter.
We zijn weer compleet met ons zessen.
Om 18.30 kwamen we aan in Maastricht, we zijn er niet blijven liggen, maar
doorgegaan, door sluis Lanaye (die we helaas tegen hadden, een uur langer
wachten), om zo ver mogelijk te komen.
We zijn tot Luik gekomen, daar waren we om 22.15.
De reden dat we zulke lange einden gevaren hebben, kwam door het feit dat de
Arend, met Jan en Ingrid aan boord in Landelies (voorbij Charleroi) op ons wachten, want samen zullen we opvaren naar Parijs.
We zijn daar aangekomen op donderdag om 12.45u.
Die dag blijven liggen in Landelies, we hebben 's avonds samen gegeten.
De volgende dag was het een slechte dag wat weer betreft, veel regen en erg
fris.
We komen vandaag al in Frankrijk, net over de grens in Maubeuge.
Maubeuge ligt aan de Sambre.
De Sambre is vanaf Namen tot na Charleroi niet mooi, veel industrie en stank.
Echter wordt de Sambre na Charleroi veel mooier, en ook kleinere sluizen, het
zijn hier nu spitsensluizen, die je zelf klaar kunt zetten door op een knop van
een apparaat te drukken, die de sluizen in werking zet.
De omgeving hier is nog aardig vlak, maar wordt nu wel meer heuvelachtig.
Na Landrecies hebben we een sluizentrap gehad, van 35 sluizen.
Deze gingen allemaal naar beneden.
Aan het eind van de sluizentrap kregen we een splitsing met het St.
Quentinkanaal, deze zijn we niet opgegaan, maar blijven op de Sambre, die
inmiddels het Canal Lateral a l' Oise is geworden.
De dag van de sluizentrap was zondag en maandag, maandag zijn we aangekomen in
Chauny.
Dinsdag zijn we in Compiegne gekomen, daar heet het vaarwater geen Canal
Lateral a 'l Oise, maar heet het gewoon de Oise, een rivier die op dit punt wel
bevaarbaar is, en eerder niet.
Compiegne is echter qua winkels een mindere stad, heel veel kledingwinkels,
maar electro, speelwinkels of computerwinkels waren er op 1 na niet.
Qua bezienswaardigheden is Compiegne wel een aardige stad.
Woensdag kwamen we al vroeg in Creil, dit wilde de Arend graag, want de Arend
kregen bezoek van kennissen uit Duitsland, die vanuit Spanje terug naar
Nederland gingen met de auto.
Creil is een wat grotere plaats, dus is ook makkelijker te vinden dan een klein
gehuchtje, zo konden deze mensen blijven slapen bij de Arend.
Creil is een wat kleinere plaats dan Compiegne, maar qua winkels vele malen
beter!
Creil ligt ook aan de Oise, de Oise is mooi vaarwater, op sommige plaatsen erg
breed, andere plaatsen weer wat smaller.
Donderdag zijn we vanuit Creil weer vertrokken, en die dag kwamen we aan op de
Seine.
De Seine is een heel breed vaarwater, wel erg mooi.
We kwamen op de Seine bij Conflans, daar lagen aan de kade heel veel schepen,
soms 7 rijen breed/dik.
Het leek wel een scheepskerkhof!
De volgende dag naar Parijs...
Een prachtige stad, veel te zien.
Je komt aan in Parijs, en je krijgt eerst de grote flats, mooie kantoorgebouwen
te zien.
Kom je een eindje verder de Seine op, verder in Parijs, dan zie je het oude centrum
met de beroemde gebouwen.
De Eiffeltoren, Place de
Naar onze mening is het varen via de Seine Parijs in, mooier dan in Parijs
komen met bus of auto, dus over de weg, omdat je dan alles snel en kort ziet,
en het varen gaat veel langzamer, dus je ziet alles langer en geleidelijker.
We kwamen aan voor de jachthaven, melden bij een oranje paal dat wel willen
liggen in de jachthaven, daarvoor moet je eerst een sluis door, die doorgang
geeft tot het Bassin, d jachthaven.
Als je de jachthaven doorvaart, dan kom je bij een brug, een tunnel die onder
de stad doorgaat, het Canal Saint Martin.
Dit hebben we niet gedaan, want als je dit wel doet, dan moesten we bij Ile de
St. Denis niet de Seine verder op gaan, maar stuurboord draaien, en dan kon je
de stad onderdoor.
Maar dan zou je de Eiffeltoren, Notre Dame en beroemde gebouwen missen, dus
hebben we ervoor gekozen om de Seine te blijven volgen.
We hebben de schepen (Arend en Jan Harm) op ligplaatsen 101 en 102 gelegd, en
zijn vrijwel direct de stad ingegaan, lopend naar de Notre Dame.
Een prachtige, kolossale kerk, veel beelden en immens groot!!
We zijn die dag niet meer de metro ingegaan om bezienswaardigheden te bezoeken,
want de tijd zou veel te kort zijn, en we wilden een dagkaart voor de metro
kopen, maar de dag was bijna voorbij, dus zou je weinig aan het kaartje hebben.
De volgende dag echter zijn we wel de metro ingegaan, en met de Metro naar het
Louvre, en Palais Royal gegaan, dat laatste is een prachtig kasteel, waar
Napoleon een aantal jaar gewoond heeft.
Het Louvre is een modern museum, liggend onder de grond.
De piramides die uitsteken boven de grond zijn gevestigd op de middenplaats van
het Palais Royal.
Loop je verder door, voorbij het Louvre, dan kom je in een prachtige tuin, de
tuin die vroeger bij het palijs hoorde.
Dit hebben we niet bezocht, het was te ver lopen, en mensen hadden last van hun
voeten.
We zijn naar de Metro gelopen, en zijn gereisd naar de Champs-Elysees en de Arc
de Triomphe.
Echt bijzonder als je daar loopt! Daar lopen wielrenners elk jaar weer te
zwoegen om als eerste een aantal rondes te rijden op de Champs Elysees, om
vervolgens als eerste aan te komen
Voor de niet wielrennerkenners: De Tour de France eindigt elk jaar op de
Champs-Elysees.
Toen we dat gezien hadden, hebben we de metro gepakt, en zijn naar
superwarenhuis
Heel veel kleding, speelgoed en frutsels maar tot onze verbazing niet zo heel veel
electro.
Gegeten bij de Mac-Donalds, die zit op de 4e etage van
Toe
Daar keken we onze ogen uit, veel mensen, en o, wat is die Eiffeltoren toch
hoog en groot!
Ook erg veel toeristen, er waren 4 poten (allemaal) open om met de lift of trap
omhoog te gaan, maar alle 4 de poten barstensvol met toeristen, rond de 3 uur
wachttijd.
Dit vond een ieder te lang.
We zijn nog even foto's wezen maken onder de Eiffeltoren, en hebben toen de
Metro gepakt, en terug naar de jachthaven gegaan.
's Avonds zijn we nog een keer naar de Eiffeltoren geweest, nog mooier dan
overdag, want de toren is 's avonds geweldig mooi verlicht en wederom veel
foto's maken!
We waren daar een minuut of 15, en toen begon de Eiffeltoren blauwe lichten te
knipperen, dat was helemaal geweldig!
Rond 00.30u terug in de jachthaven na een geweldige dag Parijs!
Het was zondag, en gingen rond de middag met de metro naar Montmartre en Sacre
Couer.
Het was helaas niet zo'n denderend weer, maar toch was er tussen de buien door
de zon wel te zien.
Wil je Montmartre en de Sacre Couer bezoeken, dan moet je goede benen hebben,
veel trappen en steile wegen leiden naar Montmartre, want deze wijk is op een
heuveltop gebouwd.
Bovenaan Montmartre hebben we eerst het Sacre Couer bezocht, helaas mocht je
binnen geen foto's maken.
Toen we in het Sacre Couer waren, was het buiten aan het hozen, je kon de regen
horen vallen op de daken van het Sacre Couer, gelukkig hebben wij een
schuilplaats!
Later werd het droger, en zijn het Sacre Couer uitgegaan, en zijn het
winkelstraatje ingegaan, waar vele schilders stonden die portretten wilden
tekenen.
Bea wilde graag portretten hebben, dus zo gezegd, zo gedaan.
Rond 16.00 uur met de trap naar beneden gegaan, en met de metro terug naar de
jachthaven.
Terwijl we naar beneden liepen begon het weer te plenzen, onder de bomen een
schuilplaats gevonden, en wachten tot het droger wordt.
Aan de voet van de heuvel van Montmartre een broodje gegeten bij de bakker, op
Montmartre hebben we niets gegeten, was daar veel te duur, een broodje met
koffie kwam uit rond de €15,00.
En weer met de metro terug naar de jachthaven, de laatste dag Parijs.
De volgende dag (maandag) om 12.00 uit de boxen 101 en 102 gevaren, en bij
capitainerie betaald voor de 3 nachten dat we daar gelegen hebben.
Met de sluis weer schutten naar de Seine, en vervolgden onze weg.
Bij de splitsing Marne en Seine hebben we afscheid moeten nemen van de Arend,
zij gaan de Marne op richting Nederland en wij gaan de Seine verder op.
We hebben 9 dagen met elkaar opgetrokken, en hebben het heel gezellig en leuk
gehad, veel gezien en beleefd!
De Seine tot Yonne is een mooi vaarwater, en langs het water staan heel veel
villa's van alle soorten en maten.
De Yonne, die bij Montereau begint, is een prachtig vaarwater, superhelder
water, het was echt schoon daar, de schroef kon je zien zitten!
De sluizen, op een enkele na, hebben schuine kanten, hier helpt dus geen stootwil aan.
Wij hebben de boot met de pikhaken afgehouden.
Het is af en toe breed vaarwater, en ook gedeeltes waar het smal is.
Bij de Yonne ligt het plaatsje Sens, een mooi plaatsje, erg schoon en veel
winkels!
Steden en winkels zie je niet veel op de Yonne, dus dat was een plaatsje die
leuk was om bezocht te hebben!
We hebben de Yonne bevaren tot het begin van Canal de Bourgogne.
Voor het Canal de Bourgogne zijn veel ratten te zien, en hele grote, we hebben
er één gezien, en die was zeker een halve meter groot!
Daar zijn we donderdag aangekomen rond 19.00 uur.
De volgende dag zijn we echt gaan varen op het Canal de Bourgogne, aan het
begin valt deze wat tegen, veel industrie, en het is er wat vlak.
Maar naar mate het kanaal verder ingaat, wordt deze steeds mooier.
Het landschap is ontzettend variërend, van vlak naar bergachtig, heuvelachtig
en bosachtig.
Maandag kregen we een sluizentrap, 37 sluizen over
We hebben een jachtje ingehaald dat 5 sluizen verderop lag, de schipper van dat
bootje (een Zuid Afrikaan) zei dat het allemaal veel te langzaam ging.
Later toen wij erbij waren, gingen we door met helpen van de wachters, en toen
ging het voor hen ook sneller, daar waren ze dankbaar voor en kregen we een
handgemaakte Kameleon als dank voor de hulp.
Deze dag hebben we 39 sluizen gehad.
De volgende dag, inmiddels dinsdag, kregen we het Souterrain, een tunnel van
Deze tunnel is onverlicht, en is een smalle vaarweg.
Voor de tunnel, bij ecluse 1 de laatste sluis omhoog, moesten we tekenen dat we
zelf verantwoordelijk zijn als er iets fout zou gaan.
Ook moesten we onze zwemvesten en zaklampen laten zien.
De brandblusser moesten we officieel ook laten zien, maar dat geloofde ze wel.
Ook vroeg men bij de laatste sluis omhoog of we een goede toeter, scheepshoorn
hebben aan boord, dit is voor in de tunnel, als je in nood zit, dan moet je
toeteren, en dan wordt het geluid door de luchtpijpen omhoog gebracht, dan wist
met dat we in nood zijn, en dan zou men hulp sturen.
Onder de tunnel was het werkelijk fantastisch, onverlicht, en met de
schijnwerpers licht maken om de tunnel goed door te varen.
Het was smal, en donker, erg lastig om te bevaren, maar Eelco deed keurig zijn
schipperswerk.
Woensdag zijn we gevaren naar Dijon, de mosterdstad, een prachtige, mooie en
oude stad!
En dan de volgende dag naar Saint Jean de Losne, waar we in 2001 ook hebben
gelegen, maar dan in de jachthaven aan de Saone.
We zijn nu niet de Saone opgegaan, maar net op het Canal de Bourgogne gebleven.
Hier is een lage, makkelijke wal, en kunnen hier goed aflossen, want morgen
komen Kees en Petra ons overnemen.
Hier is het einde gekomen van een mooie, prachtige en leuke vakantie!
Tot de volgende reis,
groet Gerben.